Historisch Heusden: Heusden en haar joodse gemeenschap

Foto: Ad Hartjes

Een nieuwe Aflevering van Historisch Heusden geschreven door Bart Beaard en deze keer gaat deze aflevering over Heusden en haar joodse gemeenschap. Eeuwenlang maken joden deel uit van de samenleving in Heusden en wanneer de eerste zich heeft gevestigd is moeilijk na te gaan. Wel is bekend dat zij in de 18e eeuw worden toegelaten als poorters, de officiële burgers, en delen in alle privileges.

De eerste poorter is de Hongaar Salomon Levie en hij wordt in 1762 ingeschreven nadat hij het verschuldigde poortergeld heeft betaald en de poortereed heeft afgelegd. Voor het volle recht moet men, evenals rooms-katholieken, het bedrag van 25 gulden betalen. Hervormden betalen slechts de helft.

Zakenman
In 1777 volgen Moses Levi de Hartogh ofwel “Leevie den Joot tot Bommel”, in 1779 Soesman Capel en in 1788 David Oppenheim. De joden, die zich vestigen, zijn vaak ‘slagter’ of koopman van beroep. Vooral Moses Levi de Hartogh laat zich kennen als een gewiekst zakenman. Overal heeft hij zijn contacten en fungeert hij als de woordvoerder voor de joodse gemeenschap. Ook strijdt hij voor de afschaffing van de zaterdagmarkt op de dag van de sjabbat die zeer nadelig is voor de joodse handelaren. Zij moeten immers die dag hun godsdienstoefeningen doen. Het zijn ook roerige tijden. De Fransen rukken op onder leiding van generaal Pichegru. In de Franse tijd is Moses zeer welvarend geworden door de proviandering van de garnizoenssoldaten en het foerageren van haver, stro en hooi aan de paarden van de Napoleontische legers. Ondanks decreten van koning Lodewijk Napoleon tot afschaffing van de zaterdagse markt gaat men in Heusden vrolijk verder op die dag markt te houden. Door de standvastigheid van De Hartogh wordt uiteindelijk recht gedaan en op 17 april 1809 wordt bekend gemaakt dat de zaterdagmarkt op een andere dag moet worden gehouden.

Minjan
Bij het houden van joodse gebedsdiensten is een minimum aantal van tien volwassen mannen noodzakelijk (minjan). Rond 1816 telt de gemeenschap tweeëndertig personen. Vaak is een samenkomst dan ook bij voorbaat gedoemd te mislukken. Men probeert dan ook te groeien, maar zonder veel succes. Potentiële kandidaten worden door het stadsbestuur op niet mis te verstane wijze duidelijk gemaakt dat ze niet welkom zijn. In het huis van Mozes Levi de Hartogh (‘huissjoel’) worden gebedsdiensten  gehouden. In 1836 wordt een eerste poging gedaan tot het oprichten van een bijkerk. Er zijn inmiddels andere joodse families in het vestingstadje komen wonen, luisterend naar de namen Godschalk, De Wolf, Wolfsbergen, Mulder, Elias en Broekhuijzen. Men komt lange tijd samen in gewone woonhuizen en gehuurde lokalen totdat in 1853 een klein huis wordt gekocht dat na verbouwing geschikt is als synagoge. In 1847 wordt een joodse school ingericht en zijn er achttien leerlingen.

Begraven
Vanouds wordt er begraven in Zaltbommel, maar vanaf 1839 is in Vught de laatste rustplaats. Dit stuit echter op problemen. Het is, als eerbetoon, gebruikelijk om het graf te delven op de dag van de begrafenis. Op die dag vertrekt men om zeven uur vanuit Heusden en de droeve tocht duurt vier uur. Bij de begrafenis moeten ook minimal tien volwassenen aanwezig zijn. Maar gedurende een deel van het jaar, bij hoge waterstanden, is Vught moeilijk bereikbaar. De kosten voor begraven en vervoer zijn aanzienlijk. Per jaar heeft men, mede door de hoge kindersterfte, zeven à acht begrafenissen.  Vele jaren koesteren de bestuurders de wens een eigen begraafplaats te bezitten. In 1847 wordt het gemeentebestuur bereid gevonden een stukje grond, buiten de stadspoorten bij Heesbeen, ter beschikking te stellen. De joodse gemeente wordt in 1848 eigenaar van het `stadsweike, groot 66 roeden, veertig ellen’ en de koopsom bedraagt ƒ200,-. In 1850 wordt er voor het eerst begraven.

Synagoge  

Een synagoge of sjoel is de plaats waar de joodse gemeenschap samenkomt, de gebedsdiensten worden gehouden en over het gemeenteleven gesproken wordt. Er wordt pas echt werk van gemaakt in 1868. Eindelijk gaat het lukken en in 1870 wordt de bouw van de synagoge aanbesteed en gebouwd in de Breestraat. Philip de Jongh vormt met Jacob Frank en Heijman Mulder een commissie die geld voor de bouw bij elkaar moet brengen. Ze brengen in totaal ƒ595 bijeen, de rest wordt geleend en via subsidies verkregen. Heusdens meester-timmerman Van Eggelen bouwt de synagoge voor ƒ1790. In oktober 1870 is hij gereed om op de 21e van die maand met de geëigende plechtigheden ingewijd te worden. Mr. Schlesinger schenkt de synagoge een torarol met siertorens die rond 1810 zijn vervaardigd en afkomstig zijn uit de nalatenschap van zijn grootvader Moses Levi de Hartog (1753-1828), een van de oprichters van de joodse gemeente.

En joodse families komen en gaan. Van Adelberg, Frank, De Jongh, Mulder en Zadoks. Zijn er in 1869 nog vierenzestig joden in Heusden, in 1899 telt de gemeenschap er zevenentwintig en in 1926 nog maar elf. Vier huishoudens moeten alles in stand houden, een onmogelijke opgave. Het onderhoud aan de synagoge kan niet worden opgebracht en diensten zijn beperkt tot de feestdagen. In 1927 valt het doek. Er is nog maar één lid; Isidore de Jongh, koopman aan de Breestraat. De ironie wil dat diezelfde Isidore in 1870 de eerste steen heeft gelegd. De Jongh heeft de bezittingen en de synagoge publiek laten verkopen. De opbrengst van de openbare verkoping is overgedragen aan de Hoofdsynagoge in ’s-Bosch. De rente wordt gebruikt voor het onderhoud van de begraafplaats in Heesbeen. De synagoge komt leeg te staan en wordt verder als opslagplaats gebruikt. Bij het opblazen van het Heusdense stadhuis op 5 november 1944 wordt de synagoge zwaar beschadigd, waarna sloop de enige optie is. Nu herinnert alleen de Synagogestraat nog aan het bestaan van de joodse gemeenschap. De gemeente onderhoudt de begraafplaats langs de weg naar Heesbeen.

Bart Beaard

 Op de afbeelding zijn de synagoge en het oude stadhuis in de Breestraat op schaal geprojecteerd in het huidige straatbeeld. De witte woning, naast de synagoge, staat er nu nog. Bron: 3D-tekening, Rien de Hart.

 De Joodse begraafplaats aan de Grotestraat tussen Heusden en Heesbeen. Foto Ad Hartjes.

 Een ensemble van grafstenen met Hebreeuwse teksten. Foto Ad Hartjes.

Begin de dag met het nieuws uit je gemeente met de gratis Nieuwsbrief. KLIK HIER en meld je aan. Aanvoerder van het lokale nieuws.

< Volg HeusdenNieuws ook via Facebook
< Wist u dat wij iedere morgen meer dan 2500 nieuwsbrieven verzenden
< Wist u dat wij iedere dag meer dan 10.000 bezoekers hebben op onze website
< Adverteren op Heusden.Nieuws.nl stuur een mail

 

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen