Een nieuwe Aflevering van Historisch Heusden geschreven door Bart Beaard en deze keer gaat het in deel 125 van Historisch Heusden over De gemeentetoren en klokken bij de NH-kerk in Vlijmen. Dit kerkgebouw is het oudste bouwwerk van de Oostelijke Langstraat, waarvan de bouw in de dertiende eeuw is begonnen. In 1543 wordt de kerk in brand gestoken tijdens een belegering door de Gelderse maarschalk Maarten van Rossum.
De torenromp en een stuk van de zuidmuur bleven staan. Een groter kerkgebouw komt daarvoor in de plaats: de toren werd ruim zes meter hoger en er worden dwarsbeuken en een koor gebouwd. Vandaar dat we nu de naam Grote Kerk nog kennen. Nog geen halve eeuw later volgt opnieuw een verwoesting. In 1572 bij het beleg van Heusden en in 1587 wordt de kerk, de schuilplaats van de Spaanse troepen, beschoten door de Staatse troepen onder Graaf Philips van Hohelohe. Alleen de toren en de muren blijven overeind. Het koor en de dwarsbeuken verdwijnen definitief bij de herbouw. In 1610 gaat het beheer van de kerk op last van de Staten van Holland en West Vriesland over naar de Hervormden. Bij Staatsregeling van 1798 werden alle kerktorens van vóór dat jaar tot eigendom van de burgerlijke gemeente verklaard, hierna gemeentetoren genaamd. De kerk heeft in 1944 weer geleden van het oorlogsgeweld. Tijdelijk wordt het dak met asfalt afgedekt en de ramen worden met planken dichtgespijkerd. Vanaf 1948 wordt de toren gerestaureerd door de firma Naglé uit Geertruidenberg.
Zuidzijde van de kerk met toren en pastorie
Buitenzijde
De kerk, een bakstenen gebouw, bestaat uit een schip van vier traveeën zonder koor. Deze heeft plaats moeten maken voor de predikantswoning. De wanden hebben hoge spitsboognissen met vensters. De zuidgevel heeft twee lisenen (uitspringende verticale muur) en een zogenaamd vrouwenpoortje. Aan de westzijde bevindt zich een 35,3 meter hoge vierkante bakstenen gemeentetoren van drie geledingen. De onderste heeft vlakke wanden en een spitsbogige portaalnis aan de westzijde. De tweede geleding heeft hoek- en middenlisenen, die door boogfriezen van gedrukte boogjes zijn verbonden met daarboven een strook metselwerk met een rondboognis in het midden. De derde geleding heeft gekoppelde rondbogige galmgaten in een rondboognis. Onder de achtkante ingesnoerde leien spits bevindt zich een rondboogfries en een uitgemetselde waterlijst. De spits is opgebouwd uit zware eikenhouten balken.
Luidklok en uurwerk
De hervormde gemeente laat twee klokken gieten, één in 1634 en één in 1658. De toren van de kerk is in 1719 weer afgebrand. De oude klokken zijn daarbij verloren gegaan. In 1719 worden twee nieuwe klokken in de nieuw aangebrachte klokkenstoel gehangen. De kokken zijn gegoten door Jean en Joseph Petit en hebben fraaie randschriften. Het gemeentebestuur geeft op 13 maart 1722 opdracht ook de torenspits zo snel mogelijk te herstellen. Dan wordt een achtkantige ingesnoerde spits geplaatst, waardoor de toren zijn huidige uiterlijk krijgt. Voor de aankondiging van de kerkelijke diensten worden de klokken én door de katholieken én door de hervormden gebruikt. Maar voor het gemeentebestuur hebben de klokken de taak voor tijdsaanduiding en om te waarschuwen bij brand en watersnood. Wanneer in 1869 de nieuwe R.K. kerk in gebruik wordt genomen, die een hogere toren heeft dan de gemeentetoren, wil het gemeentebestuur van Vlijmen en het R.K. kerkbestuur de klokken uit de gemeentetoren halen en in de nieuwe R.K. kerktoren hangen. Dat wordt een jarenlange discussie met de hervormde gemeente maar uiteindelijk blijven de gemeenteklokken hangen en in de R.K. kerk komen nieuwe klokken en een nieuw uurwerk.
Het gemetselde koepelgewelf met het Lam Gods zegel
In de raadsvergadering van 27 oktober 1927 wordt tot herstel van de brandklok besloten. Op 8 november 1929 wordt de opdracht gegeven tot vernieuwing van de luidinrichting in de gemeentetoren. De vernieuwing van de klokkenstoel en het mechanisme van de klok zijn toen werkelijk begonnen.
In 1942 beslissen de Duitsers om in bezette gebieden klokken te vorderen en om te smelten voor hun oorlogsindustrie. Op 14 januari 1943 worden de twee klokken uit de gemeentetoren verwijderd. De NSB-burgemeester G. Jacob tekent het bewijsstuk dat meldt dat een klok, met een diameter van 116 cm en gewicht ca. 960 kg en een klok met een diameter van 100 cm en gewicht ca. 620 kg. zijn meegenomen. Zover bekend zijn de klokken versmolten.
In 1947 wil gemeente Vlijmen nieuwe klokken en neemt daarover contact op met klokkengieterij Petit & Fritsen in Aarle-Rixtel. Maar het bedrijf beschikt niet meer over gegevens van de oude klokken. Later blijkt dat Johannes J.W. van Hest, van de koffiebranderij Hestana, de details heeft van de klokken en van de uitgebreide opschriften. Van de kleine klok luidt dat randschrift: JEAN PETIT ET JOSEPH PETIT ME FEDERUNT 1719 (heeft me gegoten). Op 3 september 1956 richt gemeente Vlijmen een adviesaanvraag aan Heemkundekring Onsenoort, t.a.v. pater Tarcisius van Schijndel. Welke teksten moeten op de klokken komen? Door pater Gerardus Hopstaken, later abt van Abdij Mariënkroon, worden de gedichten gemaakt, die als opschriften op de klokken worden meegegoten:
GEDENKT BIJ ’T HOREN VAN MIJN KLANK
DE DROEV’ANGSTIGE WERELDBRAND.
BRENGT ZEGT GODE UW OPRECHTE DANK
VOOR ’T HERREZEN VADERLAND.
DE BURGERVÂAR EN ZIJNE RAAD
HEBBEN ONS LATEN GIETEN
DAAR ’S LANDS VERDRUKKERS METTERDAAD
ZELFS GEEN KLOK IN ’N TOREN LIETEN.
Beide klokken hebben ook nog het randschrift: A.D. 1956 en PETIT ET FRITSEN ME FEDERUNT. Maar pas op 26 oktober 1956 wordt de schriftelijke opdracht voor de klokken en het elektrisch luidwerk verstuurd. Een torenuurwerk is aan de gemeentetoren niet meer geïnstalleerd. Door vertraging in de restauratiewerkzaamheden konden de klokken pas op het einde van 1957 opgehangen worden.
Een van de luidklokken met opschriften
Koepelgewelf
Het interieur van de toren heeft een gemetseld koepelgewelf, wat voor Brabant vrij zeldzaam is. In de hoeken is het gewelf ondersteund door drie opeenvolgende flauwe bogen. De koepel heeft een doorsnee van 550 cm. In het midden bevindt zich een Lam Gods zegel.
Brandweerspuit
In de raadsvergadering van 2 september 1873 brengt burgemeester Zwaans ter sprake dat het wenselijk is om een brandspuit te plaatsen in of aan de gemeentetoren. In de omgeving was de laatste jaren menigmaal brand uitgebroken en de brandspuiten zijn te ver van die plaats gestationeerd. De burgemeester werd in het gelijk gesteld en er komt een brandspuit in de gemeentetoren. Later wordt er nog een brandspuithuisje tegen de toren gebouwd.
Bart Beaard
Begin de dag met het nieuws uit je gemeente met de gratis Nieuwsbrief.
en meld je aan. Aanvoerder van het lokale nieuws.
< Kijk
voor agenda
< Volg HeusdenNieuws ook via
< Wist u dat wij iedere morgen meer dan 4000 nieuwsbrieven verzenden
< Wist u dat wij iedere dag meer dan 10.000 bezoekers hebben op onze website
< Adverteren op Heusden.Nieuws.nl stuur een