Monumenten in Heusden: Achterstraat 35, Vlijmen Het snoepwinkeltje van ‘Trineke de Pater’

05 okt , 9:13 Monumenten Heusden
m2599
Droneopname Jan Quirijnen
Het pand werd omstreeks 1870 gebouwd door Jan en Piet Verheijden. In 1893 kwam het in het bezit van mandenmaker Hendrik Jan de Leur, getrouwd met Theodora van Helvoort. Hun dochter Johanna (1853-1938) trouwde in 1885 met Jan van de Wiel (1864-1949), die de bijnaam ‘Jan de Pater’ had.
Johanna en Jan hadden een stiefdochter Trineke en een zoon Mart(1887-1953). Trineke van den Dungen (1879-1956) was een dochter van Johanna van de Leur uit een eerder huwelijk met Cornelis van den Dungen (1842-1880). Mart en Trineke bleven ongetrouwd in het pand wonen. Mart had hier een boerderij en Trineke, rechts naast de voordeur, een snoepwinkel met de bijnaam ‘Trineke de Pater’. In haar Brabantse kledij verkocht zij er o.a. zoethout, jodenvet, kauwgom en anijsblokken. De winkel bleef er nadat Miel Minnen het pand in 1954 overnam. Dat duurde tot 1958 wanneer Miel naar een winkel van C. Jamin in het Vlijmense centrum verhuisde. Het pand in de Achterstraat werd daarna overgenomen door groentehandelaar Sjef van de Sterren. In 1973 werd het pand bij een openbare verkoping, naar Vlijmense traditie, verkocht.
Aanzicht op de straat- en achtergevel. In het midden, achter de bomen, het venster waar voorheen de inrijdeuren waren. Foto Bart Beaard
Openbare verkoop
De verkoop gebeurde in stappen. De eerste stap was het voorinschrijven. Vóór een bepaalde tijd kon bij de notaris met een bod worden ingeschreven. Vervolgens vond de tweede stap plaats, waarbij de notaris eerst het hoogste inschrijfbod bekend maakte. Dan volgde de opbod. Er werden drie kaarsen aangestoken en zolang die brandden kon er nog geboden worden. Ging de laatste kaars uit, dan was het hoogste bod op dat moment definitief. De voorinschrijving was wel serieus: als je als hoogste inschrijver uit de bus kwam en er bij de opbod niet meer geboden werd, dan zat je aan het bod vast. Was het verkoopbedrag hoger, dan kreeg de voorinschrijver een percentage van zijn inschrijfbod uitgekeerd.
Aanzicht op het woongedeelte waar rechts naast de voordeur de snoepwinkel was. Droneopname Jan Quirijnen.
Bouwstijl
Het pand is als boerderij gebouwd met een indeling van woongedeelte, deel- of werkgedeelte en veestal. De nok van het zadeldak ligt evenwijdig aan de straat. Het dak rust op de kopgevels en op twee gebinten. Het dak heeft aan de uiteinden ongelijke afgeschuinde zijden, wolfseinden genaamd. Het gehele dak is met riet gedekt. De gevels zijn gemetseld met handvorm bakstenen in vrij verband en vol gevoegd. De voor- en achtergevel hebben muurvlechtingen en boven de raam- en deuropeningen zijn uitwaaierende strekken. De voorgevel heeft twee 18-ruits schuifvenster, twee vierruits draairamen en een ingangsdeur met bovenlicht. De straatgevel heeft twee 18-ruits schuifvensters en twee inrijdeuren. Alle vensters van de begane grond hebben opgeklampte luiken. De middendeur in de straatgevel met een verhoging in het dak was oorspronkelijk en diende om het hooi binnen te kunnen rijden. Nu is het een 25-ruits venster. De garagedeuren rechts onder het verlaagde dak zijn in 1967 aangebracht op de plaats van een staldeur. Aan de achtergevel bevinden zich twee staldeuren met rondboog en in de top van de gevel een 4-ruitsraam en een rond raam.
Bart Beaard