Column Jack Thomassen: Een wijze les

Foto: Jack Thomassen

Jack Thomassen uit Drunen schrijft columns en korte verhalen. Voor onze lokale site Heusden Nieuws. zal hij regelmatig ook een column schrijven over zijn belevenissen en deze keer weer een nieuwe versie. Deze column gaat deze keer Een wijze les

Een fietstochtje langs de grenzen van ons dorp Drunen. Door de Grotestraat, de Eindstraat en langs het voormalige café ‘de Westhoek’ het Halvezolenpad op richting Waalwijk. Over de spoorbrug over het Drongelens kanaal en dan linksaf het fietspad volgen. Ik zie hengelaars aan de waterkant zitten. In alle rust en geconcentreerd turend of het kleurige puntje van de dobber onder water wil verdwijnen. Niet echt een actieve hobby, vind ik. Ons pa deed het wel graag. Bij de Drunense roeivijver, of bij een brug (Duinweg of Torenstraat), maar ook bij het Vlietje, in de polder achter Elshout. Hij nam ons wel eens mee, misschien om zijn kennis en liefde voor het vissen proberen over te brengen. Maar het eeuwigdurende wachten tot dat puntje onder water ging vroeg teveel geduld van kleine mennekes. En geduld is een eerste vereiste om een goede visser te zijn. En kleine mennekes kunnen niet makkelijk stil zitten. Die willen rennen, spelen en dingen ontdekken. Dan is zo’n waterkant maar saai.

Laatst kwam ik er trouwens achter dat het Vlietje eigenlijk: Koningsvliet heet. Altijd leuk om iets over je directe omgeving op te steken.

Heel anders was het vissen aan zee tijdens vakanties in onze jeugd. Het opkomende water bij vloed. Schepen die voorbij voeren en in onze fantasie de grootste avonturen gingen beleven. Kuilen graven en kastelen bouwen met een slotgracht die volliep bij vloed en uiteindelijk het bouwwerk deed instorten. Een kuil vullen met kwallen, monsters gevangen met gevaar voor eigen leven in de woeste branding. Voor ons pa zeepieren uitsteken die hij dan weer als aas gebruikte en eens 20 van die platte vissen op één dag uit de monding van de Westerschelde ving. Nou, dat hebben we nog best vaak aan moeten horen, hoor.

Overigens begrepen we jaren later pas, dat het maar gespeelde teleurstelling was van ons ma, als pa “Alweer geen ROLMOPS gevangen?” had. Ach, jongens. Toen was geluk nog vooral heel gewoon.

Maar bij onze roeivijver is geen woeste branding en zijn er al helemaal geen monsterlijke kwallen. En bij het kanaal tussen Drunen en Waalwijk en het Vlietje komen geen grote schepen langs die de wereldzeeën gaan bevaren. Daar is ook geen zand om kastelen te bouwen, laat staan dat het kabbelende water ook maar iets overspoelt wat op een zandkasteel zou lijken. Als het aas aan het haakje door de vissen niet opgemerkt wordt en dus voor kleine mennekes geen sensatie te beleven is, zijn de sloom kijkende koeien in de wei en de kieviten met hun duikvluchten een stuk interessanter. Al vroeg wist ik dat ik voor de hengelsport geen aanwinst zou worden. De visspullen van ons pa staan nu bij mij in de schuur, geduldig.

Nee, eerlijk gezegd heb ik er niet veel van opgestoken. Waarschijnlijk tot grote spijt van mijn vader. Of…? Ja, toch! Er is één heel belangrijk ding wat ik als kleine jongen (pijnlijk) leerde bij het vissen. Nooit, maar dan ook écht NOOIT… tegen schrikdraad aan pissen!

Begin de dag met het nieuws uit je gemeente met de gratis Nieuwsbrief. KLIK HIER en meld je aan.
Aanvoerder van het lokale nieuws.

 

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen