Een nieuwe Aflevering van Historisch Heusden geschreven door Bart Beaard en deze keer gaat het in deel 213 van Historisch Heusden over Vliegtuigcrash van een Wellington bij Oudheusden. Op donderdagavond 27 maart 1941 stijgen vanuit Oost-Engeland 91 bommenwerpers op om bombardementen uit te voeren op Keulen en Düsseldorf. De beide Duitse steden krijgen ieder 39 toestellen op bezoek.
Vanaf het RAF-vliegveld Honington in Suffolk vertrekken zes Vickers-Wellingtons van No. IX (Bomber) Squadron, die samen met 33 andere bommenwerpers 50 ton aan bommen moeten afwerpen op Keulen. Een van de toestellen is de Wellington IC, met het fabrieksnummer R1335 en de squadroncode WS-K. Sinds de ingebruikname op 6 februari jl. begint dit toestel aan de zevende operatie. Het vertrekt om 19.45 uur met een 6-koppige bemanning: John Shore, de piloot; James Long, copiloot; Herbert Tomkins, navigator; Ronald Bews, bommenrichter; Richard Parkin, boordschutter en Norman Griffiths, radiotelegrafist. Piloot John Shore cirkelt drie kwartier boven Keulen op zoek naar zijn doel. Wanneer hij het gevonden heeft, worden de bommen om 22.37 uur afgeworpen, waarna Tomkins de koers opgeeft voor de terugvlucht.
Het toestel crasht
Plotseling, zonder
enige waarschuwing, valt de rechtermotor uit, en direct daarna de linker. Shore
probeert nog de motoren te starten, maar slaagt daar niet in. Zelf denkt hij
dat door het afweervuur de benzinetanks lek geschoten zijn, want hij heeft
boven het doelgebied nogal wat zwaar afweervuur moeten ontwijken. Het is dan
ook zeer goed mogelijk dat hij treffers van de FLAK (FLugzeugAbwehKanone) heeft
moeten incasseren, Uiteindelijk was hij slachtoffer van een Duitse nachtjager,
een Bf 110, die was opgestegen van het vliegveld Welschap bij Eindhoven.
Tijdens een “helle Nachtjagd” ziet de Duitser Oblt Walther Fenske van I/NJG1
kans de Wellington omlaag te halen. De aangeschoten bommenwerper verliest snel
hoogte. Om 22.48 uur wordt in Engeland een SOS-bericht opgevangen, gevolgd door
de mededeling: “Ben gedwongen te landen”. Shore geeft zijn bemanning bevel het
toestel te verlaten en zij komen terecht in de weilanden bij Herpt en
Hedikhuizen. Shore springt als laatste; het vliegtuig heeft dan nog een hoogte van
maar 500 meter en komt terecht omstreeks 250 meter ten noorden van de boerderij
van De Waal, gelegen aan de Laagstraat 14 te Oudheusden.
Foto LInks: Het wrak van de
Wellington. Collectie Nico de Bonth
Foto Rechts: F/Lt John Shore na zijn
terugkeer in Engeland. Collectie Kees van Everdingen
Gevangenschap
Shore komt bij zijn
landing terecht op het voetbalveld van Heusden, ter hoogte van het Maaspeilhuisje.
Hij komt ongelukkig ten val, waardbij zijn enkel ernstig gewond raakt. Bij het
peilhuisje heeft hij zijn pistool in de Maas geworpen. Hij strompelt in
westelijke richting langs de Maas en bereikt Doeveren. Hij klopt aan bij de
woning van de familie Hartgers in de Dorpsstraat. De heer Hartgers waarschuwt
dominee Des Tombes omdat die tenminste een beetje in het Engels met Shore kan
praten. De dominee adviseert Shore om zich over te geven aan de politie. Shore legt
het advies naast zich neer. Daarop wordt Shore in de loop van de morgen op een
groentekar naar de woning Kees van
Everdingen (Reserve Ritmeester van de Huzaren) in Heesbeen gebracht. Dokter
Havelaar, die er bij gehaald is om naar de verwondingen te kijken, vertelt dat
de Duitsers op zoek zijn naar een piloot die in de buurt rondzwerft. Hij
besluit daarom zich aan de Duitsers over te geven, ook al omdat de toestand van
zijn enkel dermate slecht is dat hij zich nauwelijks meer kan verplaatsen. De
politie wordt gewaarschuwd en na een half uur verschijnt er een majoor van de
Duitse luchtmacht. Hij brengt hem naar het politiebureau van Heusden waar de
andere bemanningsleden Long, Bews, Parkin en Griffiths al in arrest zaten. In
dit rijtje ontbreekt sergeant Tomkins, die zich aanvankelijk aan gevangenschap
weet te onttrekken.
Krijgsgevangenen
De mannen worden van
het bureau in Heusden worden overgebracht naar een Luftwaffe-kazerne in
Amsterdam. Van hieruit worden de gevangenen op transport gesteld worden naar
een tijdelijk krijgsgevangenkamp Dulag Luft, in de buurt van Frankfurt am Main,
waar zij worden ondervraagd. Op 15 april wordt de groep afgevoerd naar verschillende
kampen.
Shore en Long worden op transport gesteld naar Stalag Luft I in Barth, Bews naar Stalag 357 in Kopernikus, Griffiths en Parkin naar Stalag Luft III bij Sagan. (Stalag Luft is gedurende de Tweede Wereldoorlog een Duits oorlogsgevangenenkamp waar krijgsgevangenen van de Luftwaffe werden vastgezet. Dulag is de afkorting van Durchgangslager, Stalag van Stammlager).
Shore
Tijdens de treinreis onderneemt
Shore zijn eerste ontsnappingspoging: via een WC raampje springt hij uit de
trein. De bewakers hebben het onmiddellijk in de gaten, trekken aan de noodrem
en Shore, nog steeds gehandicapt door zijn enkel, wordt al binnen een paar
minuten in zijn kraag gevat. Maar het plan om te ontsnappen laat Shore maar
niet los en al in augustus onderneemt hij een nieuwe poging. Hij probeert
brutaalweg om het kamp uit te lopen in een burgerpak dat hij van een bewaker kocht
met sigaretten uit Rode Kruispakketten. Op het laatste moment wordt hij gepakt
en bestraft met enige tijd eenzame opsluiting. Na een volgende ontsnapping bereikt
hij de havenplaats Sassnitz aan de Oostzee. Daar liggen Zweedse schepen die
transporten verzorgen tussen Zweden en Duitsland. Verstopt onder het zeil van
een auto, die overgevaren wordt naar Zweden, bereikt hij het Zweedse
Trelleborg, waar de politie hem arresteert. Maar al gauw wordt hij weer op
vrije voeten gesteld. Na een paar dagen wordt hij door een RAF-toestel
opgehaald zodat hij op 29 oktober 1941 weer voet op Engelse bodem kan zetten.
Tomkins
Hij is na de crash met
burgerhulp uit Herpt in Tilburg terecht gekomen. Hier kreeg hij burgerkleding, waarna
hij is verder gegaan is. Hij is Nevers (F) gepakt en in Stalag Luft VI Heydekrug
terecht gekomen.
LongLong heeft geprobeerd
te ontsnappen, maar heeft dat met de dood moeten bekopen. Hij nam op
24 maart
1944 in een groep deel aan een ontsnappingspoging via een tunnel in Sagan. Hij
werd, zoals de meeste anderen, gepakt en opgesloten. Toen Hitler van de
ontsnapping in Sagan hoorde, gaf hij de Gestapo bevel 50 man terecht te stellen. Long is daardoor
op 13 april 1944 in koelen bloede vermoord. Hij is gecremeerd en de urn is overgebracht
naar het Oude Garnizoenskerkhof van Poznan in Polen.
Bews, Parkin en Griffiths
Over is hen geen
informatie te vinden, alleen dat ze in Stalag Luft gevangen
zijn geweest.
P.S.De locatie van de crash was 150-200 meter noordelijk op het perceel achter het woonhuis Laagstraat 14 in Oudheusden.
Bart Beaard