AOW-leeftijd in 2030 gelijk vanwege lagere levensverwachting

De AOW-leeftijd is ook in 2030 ook 67 jaar en drie maanden, heeft minister van Sociale Zaken Eddy van Hijum laten weten. De AOW-leeftijd blijft net zo hoog als in 2028 en 2029 vanwege nieuwe, lagere cijfers over de levensverwachting.

De nieuwe cijfers over de levensverwachting werden vanochtend gedeeld door statistiekbureau CBS. 65-jarigen hebben in 2030 nog gemiddeld 20,96 jaar te leven, blijkt uit de nieuwe voorspellingen. Eerder was gerekend op 21 jaar. Daarmee is de levensverwachting iets gedaald (zie ook de grafiek onderaan dit artikel). Een van de oorzaken hiervan lijkt de extra sterfte sinds de coronapandemie.

De minister van Sociale Zaken maakt elk jaar de nieuwe AOW-leeftijd bekend, op basis van cijfers over de levensverwachting. Dit gebeurt sinds de AOW-leeftijd niet meer op 65 jaar ligt. Vanaf 2013 is die in stapjes verhoogd, met daarbij de toegenomen levensverwachting in gedachten. Dat de AOW-leeftijd in 2030 niet stijgt, voorspelde hoogleraar Pensioenrecht Erik Lutjens vrijdagochtend al in gesprek met NU.nl.

Van Hijum bevestigt nu in een Kamerbrief dat de AOW-leeftijd gelijk blijft. Dat de levensverwachting iets daalt, betekent niet dat de AOW-leeftijd ook omlaag kan. Daarvoor moet er sprake zijn van een structurele daling. "We willen een jojo-effect voorkomen", schrijft Van Hijum in zijn brief.

"Pas bij een daling voor langere tijd kan worden overwogen om over te schakelen naar een aangepaste systematiek voor het vaststellen van de AOW-leeftijd. In de huidige situatie is echter geen sprake van een structureel dalende levensverwachting. De levensverwachting stijgt structureel nog steeds, zij het in een langzamer tempo", schrijft de minister.